De inspiratie voor het stedenbouwkundig ontwerp voor nieuwe Fructus komt voort uit de landschappelijke onderlegger en het ontstaan van Dodewaard op de oeverwal, uitlopend richting het komgebied van het Dodewaardse Veld.
Het concept is geïnspireerd op het onderliggende landschap van de oeverwal en de komgebieden. De oeverwal is hoog en droog en gaat over in het komgebied die laag en nat is. En daarmee ook van onregelmatige blokverkaveling naar een regelmatige en gelijkmatige, langgerekte kavelstructuur in het landschap. Dit landschap is gevormd door de aanwezigheid van de Waal.
De Kalkestraat, die direct ten zuiden van het plangebied ligt, vormt een van de oude ontginningslinten van Dodewaard op de oeverwal. Het karakter van het lint langs deze weg wordt opgepakt langs de zuidrand van Fructus II. De overgang ‘achter’ het lint wordt gevormd door het nieuwe stratenpatroon van Fructus II. Het patroon sluit aan bij de onderliggende verkavelingsstructuur van het landschap. Lijnen in noord-zuid richting, die onderbroken worden door korte oost-west structuren, vormen een knipoog naar de ontstaansgeschiedenis van deze plek. Het sluit aan bij de onregelmatige blokverkaveling van de overgang van oeverwal naar kom. Deze lijnen en vormen komen ook terug in de grote centrale wadi.
Het lint langs de Kalkestraat wordt aangevuld met een nieuw erf aan de straat. Dit erf maakt een kleine schaalsprong ten opzichte van het naastgelegen oostelijk gelegen bestaande erf. Vervolgens maken een tweetal appartementencomplexen het lint richting de rotonde af. De gebouwen zijn zo gepositioneerd dat de doorzichten naar het achterliggende landschap, het kenmerk van lintbebouwing, bewaard blijven. Naar de rotonde van de Kalkestraat met de Dodewaardsestraat neemt de bebouwing in maat en schaal toe. De schaalsprong wordt doorgezet. Ook in hoogte neemt het toe. Een markant punt ontstaat bij de rotonde en deze entree van Dodewaard.
Langs de Dodewaardsestraat staan gesloten bouwblokken zo gepositioneerd dat er eveneens doorzichten door het groen richting het achterliggende landschap ontstaan. De bouwblokken zijn gesloten middels doorlopende tuinmuren om zo een goed leefklimaat voor de woningen langs de Dodewaardsestraat te maken. De geluidsinvloed van deze weg wordt op deze manier beperkt. Door deze opzet van blokken in het groen, is er vanuit de randen zicht op het binnengebied van Fructus II. En vice versa, vanuit Fructus II is er zicht op het omliggende landschap van Dodewaard. Groen en water gecombineerd met doorzichten en bebouwing wisselen elkaar af. De randen van Fructus II krijgen daarmee een groen aangezicht.
Zoals al gemeld, vormt het stratenpatroon de verwijzing naar de verkavelingsstructuur van het onderliggende landschap en maakt daardoor een aantal opvallende verspringingen. Dit is niet alleen goed als snelheidsremmende maatregel, maar ook een verwijzing naar de plek. Vanaf de Kalksestraat wordt het stratenpatroon met een verbinding ontsloten. Het stratenpatroon maakt een rondgang, met daaraan bebouwing. Door hier te kiezen voor veelal vrijstaand, twee onder één kap woningen en levensloopbestendige woningen ontstaan doorgezichten naar de centrale grote wadi. De centrale wadi is ook een verwijzing naar de kavelstructuur van het onderliggende landschap. Door deze robuuste structuur is het mogelijk om bijna alle woningen aan het groen te positioneren. Rijwoningen vormen de wanden langs de centrale wadi. Bijna alle woningen hebben door deze opzet zicht op groen en hebben groen in de directe omgeving. Dit een belangrijk aspect voor een gezonde en klimaatadaptieve leefomgeving. Groen heeft namelijk een positief effect op onze gezondheid, kan hemelwater opvangen bij de steeds hevig wordende piekbuien en groen geeft verkoeling in warme zomers.
De afzonderlijke buurten bieden een gevarieerd woningaanbod en een gezonde mix aan verschillende typologieën. Elke buurt is voorzien van een substantiële groene aankleding.